
Nieuws
Haal het maximale eiwitrijk najaarsgras
In veel gebieden is de vierde snede ingekuild en is het uitrijseizoen afgesloten. De droge augustusmaand heeft in sommige regio's het grasaanbod onder druk gezet, vooral bij beweiding. Nu hopen veel melkveehouders op regen om nog één of twee najaarssneden te kunnen maaien. Na regen komt de grasgroei vaak snel op gang, en het gras bevat dan veel eiwit. De uitdaging is om dit eiwit optimaal te benutten. Waar moet je als melkveehouder op letten?
1. Kies het juiste maaimoment
In het najaar is het vaak moeilijker om het juiste maaimoment te bepalen. Dit moment heeft een grote invloed op de kwaliteit van de kuil. Maai bij voorkeur jong gras en wacht niet te lang op meer opbrengst, want kwaliteit gaat vóór kwantiteit. Let goed op de aanwezigheid van kroonroest: zodra deze zichtbaar wordt, is maaien de beste keuze. Zo beperk je schimmelvorming en win je smakelijk gras.
2. Let op het drogestofpercentage
Streef naar een drogestofpercentage van 30–40%. Door de herfstomstandigheden is dit vaak een uitdaging. Gebruik een kneuzer en laat het gras maximaal anderhalve dag liggen. Stel de machines goed in en beperk het aantal bewerkingen. Houd een stoppelhoogte van 7 centimeter aan om een te hoog ruwasgehalte te voorkomen. Bij nat gras kan een langere haksellengte helpen om perssapverlies te beperken. Gras met 25–30% droge stof kan tot foliebalen worden verwerk, onder de 15% lukt dat niet meer.
3. Zorg voor goede conservering
De conservering van het gras hangt sterk af van het suiker-, ruw eiwit- en ruw asgehalte. Een handige vuistregel: tel het ruw eiwit (RE) en ruw as (RA) op, verdubbel het resultaat, en vergelijk dit met het suikergehalte. Is het suikergehalte lager? Dan is een inkuilmiddel aan te raden. Inkuilmiddelen met melkzuurbacteriën zorgen voor een snelle pH-daling. Voor natte kuilen zijn middelen met homofermentatieve bacteriën nodig om broei te voorkomen. Controleer altijd hoeveel actieve bacteriën een product bevat.
4. Zet najaarsgras slim in
Najaarskuil wordt vaak automatisch aan jongvee gevoerd, maar dat is niet altijd de beste keuze. Als de kwaliteit hoog is, kan het juist geschikt zijn voor melkvee. Houd er wel rekening mee dat najaarsgras vaak weinig pensbestendig eiwit bevat en een laag aandeel structuur. Pas daarom het rantsoen aan en combineer het gras met voldoende energie. Zo benut je het eiwit optimaal en verhoog je het aandeel eigen eiwit in het rantsoen..
5. Overweeg stalvoeren
Steeds meer veehouders kiezen ervoor om in het najaar stalvoeren toe te passen. Vers gras wordt in de stal beter opgenomen en benut, waardoor verliezen worden beperkt. De aanwezige suikers worden direct door de pensbacteriën gebruikt, wat leidt tot de vorming van microbieel eiwit met een gunstig aminozuurpatroon. Dit eiwit sluit goed aan bij de melkeiwitsynthese. Zorg er echter voor dat er voldoende energie in het rantsoen aanwezig is, zodat het eiwitrijke gras goed benut kan worden.
Samenvatting
Door het juiste maaimoment te kiezen, goed op het drogestofpercentage en de conservering te letten, en slim te voeren, kun je optimaal gebruik maken van het eiwitrijke najaarsgras. Dit draagt bij aan meer eigen eiwit, een hogere melkproductie en gezonde koeien.
Bronnen:
• Melkvee.nl – Kuilanalyse-check
• Elite (2018) – Een goede najaarssnede
• Nieuwe Oogst (2024) – Herfstgras moet juist naar het melkvee
Over de KringloopWijzer
De KringloopWijzer geeft de melkveehouder inzicht in zijn milieu- en klimaatprestaties op zijn bedrijf, waardoor hij/zij nog beter kan sturen op de benutting van mineralen. De rekenregels van deze tool zijn wetenschappelijk onderbouwd en de ontwikkeling ervan wordt gefinancierd door het ministerie van LNV en ZuivelNL. Het beheer van de Centrale Database van de KringloopWijzer ligt bij ZuivelNL.